Veiligheidshelmen zijn in sommige situaties essentieel op de werkvloer. Vooral in sectoren waar vallende objecten of andere gevaren voor het hoofd aanwezig zijn. De juiste helm kiezen kan het verschil maken tussen een veilige werkdag en ernstig letsel. Er zijn verschillende typen helmen beschikbaar, elk ontworpen voor specifieke situaties. In deze blog richten we ons op twee veelvoorkomende types: de bouwhelm volgens EN 397-norm en de klimhelm volgens EN 12492-norm. We bespreken de verschillen tussen beide helmen, en wanneer je welke helm moet gebruiken.

 

Waarom veiligheidshelmen

Veiligheidshelmen beschermen de drager tegen verschillende soorten gevaren. Voor bouwvakkers, klimmers en andere professionals is hoofdletsel een van de grootste risico's. Een helm vermindert de impact van vallende objecten, stoten tegen obstakels, of zelfs blootstelling aan elektrische gevaren. Het dragen van een helm die geschikt is voor de werkomgeving isbelangrijk om letsel te voorkomen.

Hoewel de basisfunctie van alle veiligheidshelmen hetzelfde is, namelijk het beschermen van het hoofd, zijn er aanzienlijke verschillen tussen de types helmen afhankelijk van de werkomstandigheden. Laten we eens dieper ingaan op de bouwhelm en klimhelm en hoe ze zich van elkaar onderscheiden.

 

Bouwhelmen: EN 397-norm

De bouwhelm is waarschijnlijk het meest bekende type veiligheidshelm. Ze worden vaak gezien op bouwplaatsen over de hele wereld. De EN 397-norm bepaalt de vereisten voor industriële veiligheidshelmen binnen Europa. Deze norm is gericht op bescherming tegen vallende objecten en andere typische risico's in een bouwomgeving.

Kenmerken van een bouwhelm:

  • Materiaal: Gemaakt van stevig kunststof zoals polyethyleen of ABS;
  • Impactbescherming van boven: Beschermt tegen impact van een gewicht van 5 kg vanaf 1 meter (50 joule);
  • Zij-impact bescherming: Niet verplicht;
    Penetratiebescherming: Bescherming tegen een impact van 3 kg vanaf 1 meter (30 joule);
  • Kinriem: Optioneel, moet voldoen aan de specificaties van de norm. 

 

Bouwhelmen worden vooral gebruikt in omgevingen waar het risico op vallende objecten groot is, zoals op bouwplaatsen of in fabrieken.

Klimhelmen:  EN 14052

Industriële klimhelmen, die voldoen aan de EN 14052, worden voornamelijk gebruikt door mensen die werken op hoogte. Denk daarbij aan industriële klimmers. Deze helmen bieden een ander soort bescherming en zijn aangepast aan de gevaren die gepaard gaan met werken in verticale omgevingen.

Kenmerken van een klimhelm:

  • Materiaal: Vaak gemaakt van lichtgewicht materialen zoals polycarbonaat voor meer bewegingsvrijheid;
  • Impactbescherming van boven: Beschermt tegen impact van een gewicht van 5 kg vanaf 2 meter (100 joule);
  • Zij-impact bescherming: Bescherming is verplicht tegen impact van voor-, zij- en achterkant; valhoogte 0,5 meter (25 joule);
  • Penetratiebescherming: Bescherming tegen een impact van 3 kg vanaf 2,5 meter;
  • Kinriem: Verplicht en moet stevig blijven onder een kracht van meer dan 500 Newton (50 kg).

Deze helmen worden gebruikt in situaties waar de drager niet alleen gevaar loopt door vallende objecten, maar ook door het risico van een val van hoogte. Denk aan werken op steigers, in bomen, of in windmolens.

 

Deze helmen worden gebruikt in situaties waar de drager niet alleen gevaar loopt door vallende objecten, maar ook door het risico van een val van hoogte. Denk aan werken op steigers, in bomen, of in windmolens.

Wat zijn de verschillen?

Hoewel beide helmen ontworpen zijn om te beschermen, verschillen ze aanzienlijk in ontwerp en toepassing. Hieronder volgt een overzicht van de belangrijkste verschillen tussen bouwhelmen en klimhelmen:

Kenmerk Bouwhelm Klimhelm
Kinriem Optioneel Verplicht
Loslaten kinriem > 15 kg en <25 kg > 50 kg
Bescherming tegen impact van boven 5 kg vanaf 1 meter / 50 joule 5 kg vanaf 2 meter / 100 joule
Bescherming tegen impact van zijkant Niet verplicht Ja, met verplichte specificaties
Penetratie 3 kg vanaf 1 meter/ 30 joule 3 kg vanaf 2,5 meter
Test effectiviteit binnenwerk/kinriem Niet verplicht Verlicht

Wanneer gebruik je een bouwhelm en wanneer een klimhelm?

De keuze tussen een bouwhelm en een klimhelm hangt af van de specifieke werkzaamheden die worden uitgevoerd:

  • Bouwhelmen (EN 397): Ideaal voor gebruik in de bouwsector en industriële toepassingen waar de grootste bedreiging komt van vallende voorwerpen. Deze helmen zijn geschikt voor situaties waarin de gebruiker voornamelijk op de grond werkt of waarbij de kans op vallen relatief laag is;
  • Klimhelmen (EN 14052): Deze zijn belangrijk voor activiteiten waarbij werken op hoogte een vereiste is, zoals in de klimsport, op steigers, of bij het werken aan hoge gebouwen. De kinriem en de betere zijbescherming maken deze helmen meer geschikt voor situaties waarin de kans op vallen en impact van de zijkant groter is.

 

Conclusie

Het kiezen van de juiste helm is van groot belang voor de veiligheid van werknemers. Waar bouwhelmen zich richten op bescherming tegen vallende objecten en elektrische gevaren, bieden klimhelmen bredere bescherming tegen verschillende soorten impact en zijn ze ontworpen voor mensen die op hoogte werken. Door goed te kijken naar de risico’s in jouw werkomgeving, kun je de juiste keuze maken tussen een EN 397-bouwhelm en een EN 140522-klimhelm. Zo zorg je ervoor dat je optimaal beschermd bent, waar je ook werkt.